Werknemer met loonbeslag?

Wanneer een werknemer in financiële problemen komt, kan er beslag gelegd worden op zijn inkomen. Dat heet loonbeslag.

Ongeveer 80% van de werkgevers in Nederland heeft weleens te maken gehad met een loonbeslag. Het is dan verplicht om een deel van het inkomen van uw werknemer over te maken naar de deurwaarder. Wij leggen u in het kort uit hoe u hiermee om dient te gaan. Zodra uw werknemer zijn financiële verplichtingen niet nakomt, dan kan de deurwaarder loonbeslag aanvragen bij de rechter. Als de rechter dit goedkeurt, moet u als werkgever een deel van het inkomen van de werknemer overmaken aan de deurwaarder. Het gaat om dat deel van het inkomen dat boven de beslagvrije voet ligt. De deurwaarder vraagt bij het UWV de gegevens van de werkgever op en benadert u.

Wat gebeurt er vervolgens:

1. Deurwaarder geeft het proces-verbaal derdenbeslag en de derdenverklaring af aan de werkgever. Het beslag kan ook worden gelegd door een zogenoemde invorderingsambtenaar. Deze heeft geen rechter of gerechtsdeurwaarder nodig. Organisaties die direct bij de werkgever mogen aankloppen als er sprake is van betalingsachterstand van de werknemer, zijn:

  • Overheid, gemeente of Belastingdienst (achterstallige heffingen)
  • Centraal Justitieel Incassobureau (openstaande boetes)
  • IB-groep (niet-betaalde studieschulden)
  • Sociale Verzekeringsbank (terugvordering te veel betaalde uitkering)
  • Landelijk Bureau Inning Onderhoudsbijdragen (niet-betaalde partner- en/of kinderalimentatie).

2. Werkgever informeert de werknemer schriftelijk over het gelegde loonbeslag en de gevolgen (niet verplicht). De deurwaarder informeert de werknemer ook, binnen acht dagen na beslaglegging.

3. Werkgever heeft vanaf het moment van afgifte van het proces-verbaal derdenbeslag vier weken de tijd om de derdenverklaring in te vullen en te retourneren aan de deurwaarder. De deurwaarder kan de ontvangst van de derdenverklaring bevestigen aan de werkgever, onder vermelding van de (eventueel aangepaste) beslagvrije voet en de hoogte van de openstaande vordering. De werkgever kan de werknemer hiervan op de hoogte stellen (niet verplicht).

4. Bij een conservatoire beslaglegging (* conservatoir beslag is in de praktijk beslag dat gelegd wordt voorafgaand of tijdens een gerechtelijke procedure) moet de werkgever het loon dat de beslagvrije voet overschrijdt reserveren (in afwachting van het vonnis).

5. Bij een executoriale beslaglegging (* als de gerechtelijke procedure is afgerond en de tegenpartij wil nog steeds niet betalen, dan spreekt men van executoriaal beslag) houdt de werkgever bij iedere salarisronde het salaris boven de, eventueel aangepaste, beslagvrije voet in en maakt dat over aan de deurwaarder tot het moment dat de vordering is voldaan. Ook het volledige vakantiegeld, de winstuitkering, overwerk en dergelijke valt onder het beslag. Reële onkostenvergoedingen, zoals reiskosten, vallen niet onder het loonbeslag.

6. Indien de deurwaarder geen beslagvrije voet in het proces-verbaal derdenbeslag heeft vermeld, kan de werkgever de beslagvrije voet zelf berekenen of de deurwaarder verzoeken dit te doen. Het is niet toegestaan om dan maar het hele loon over te maken aan de werknemer.

7. Werkgever kan op ieder moment de deurwaarder verzoeken om een overzicht van de nog openstaande vordering.

8. Werkgever kan de werknemer verder helpen door hem te wijzen op schuldhulpverleningstrajecten, bijvoorbeeld bij de plaatselijke kredietbank.

9. De werkgever kan ook de gehele vordering voor zijn rekening nemen en deze in één keer aan de deurwaarder afbetalen. Het is wel van belang om een goede terugbetalingsregeling te treffen met de werknemer, omdat de betaling door de werkgever anders als belastbaar loon aan de werknemer wordt gezien, waarover loonbelasting en sociale premies verschuldigd zijn.