Verruiming btw-sportvrijstelling

30 november 2018 - Per 1 januari 2019 wordt de btw-sportvrijstelling aangepast. Deze wijziging heeft grote gevolgen voor onder andere gemeenten. Door het verruimen van de sportvrijstelling per 1 januari 2019, vervalt in veel gevallen het recht op btw-aftrek op kosten met betrekking tot sportaccommodaties. Gemeenten kunnen, om dit btw-nadeel te beperken, tot 30 april 2019 een specifieke uitkering sport aanvragen.

Wanneer geldt de vrijstelling?

De btw-vrijstelling is van toepassing als:

  • Een dienst wordt verricht die nauw samenhangt met de beoefening van sport
  • Deze dienst wordt verricht aan personen die aan sport (laten) doen (kan ook een rechtspersoon of vereniging zijn)
  • De dienst wordt verricht door een instelling zonder winstoogmerk.

De dienst hoeft per 1 januari 2019 niet langer verricht te worden ‘aan de leden’. Bij een exploitatie van sportaccommodaties door de gemeente zelf, is de btw-vrijstelling in principe altijd van toepassing. Een gemeente heeft immers geen winstoogmerk en ook aan de overige voorwaarden zal worden voldaan.

Wat zijn de gevolgen?

De consequentie van de verruiming van de btw-sportvrijstelling is dat bij een gemeentelijke exploitatie geen btw-aftrek (meer) bestaat. Ook bij exploitatie door een derde zal in veel gevallen geen btw-aftrek (meer) mogelijk zijn. Om het btw-nadeel dat hierdoor ontstaat te beperken kan tot 30 april 2019 een specifieke uitkering worden aangevraagd.

Meer weten?

Wilt u meer weten over de aanpassing van de btw-sportvrijstelling? Neem dan contact op met Sander van Kreijl (per e-mail of telefoon +31 (0)88 277 23 12). Hij helpt u graag verder.

NEEM VRIJBLIJVEND CONTACT OP

WORD LID VAN ONZE NIEUWSBRIEF