Prinsjesdag 2022: Maatregelen internationaal zakendoen

Op Prinsjesdag 2022 worden de plannen voor het komende jaar officieel bekendgemaakt. Mazars heeft de belangrijkste (fiscale) voorstellen uit het belastingpakket voor 2023 voor u op een rijtje gezet. Wat verandert er voor u?

Wijziging schijfgrens en tarief vennootschapsbelasting

Per 1 januari 2023 wordt de eerste schijfgrens verlaagd naar € 200.000 (in 2022: € 395.000). Het gevolg hiervan is dat het hogere vennootschapsbelastingtarief eerder bereikt zal worden.
Voorts is voorgesteld om het tarief over deze eerste schijf te verhogen van 15% naar 19%. Het kabinet heeft aangeven dit tarief opnieuw te zullen evalueren in 2024.

Belastbaar bedrag

2022

2023

€ 0 – € 200.000

15%

19%

€ 200.000 – € 395.000

15%

25,8%

€ 395.000 of hoger

25,8%

25,8%

De voorgenoemde wijziging heeft impact op de directe kasstroom en kan ook gevolgen hebben voor de (her)waardering van belastinglatenties in de jaarrekening voor IFRS en RJ doeleinden.  

Afschaffing betalingskorting voor de vennootschapsbelasting

Bij betaling van een voorlopige aanslag vennootschapsbelasting in één keer, verkrijgt een belastingplichtige in bepaalde gevallen een betalingskorting. Eerder dit jaar heeft het kabinet aangegeven per 1 januari 2023 de betalingskorting af te willen schaffen in de vennootschapsbelasting.

Alhoewel dit niet was opgenomen in het Belastingplan 2023 is de verwachting dat de afschaffing van de betalingskorting per 1 januari 2023 zal worden doorgevoerd.

Technische verbeteringen in Wet Dividendbelasting 1965

Het kabinet heeft aangegeven enkele technische verbeteringen aan te willen brengen in de Wet Dividendbelasting 1965. Het gaat hierbij onder andere om:

  • De mogelijkheid om een uitbreiding van het gestorte kapitaal bij beschikking vast te laten stellen.
  • Verduidelijking van de bepaling tegen ‘dividendstripping’.
  • Vergoedingen voor kapitaalverstrekking als heffingsobject aanmerken.

Net als de afschaffing van de betalingskorting, is de verwachte in werking treding van deze technische verbeteringen 1 januari 2023.

DAC7

Het wetsvoorstel DAC7 is in het voorjaar naar de Tweede Kamer gestuurd en is nog steeds in behandeling. Dit wetsvoorstel ziet op de automatische informatie-uitwisseling voor exploitanten van digitale platforms. Europese digitale platforms worden vanaf 1 januari 2023 verplicht de inkomsten van producten en diensten op hun digitale platforms aan de belastingdienst te rapporteren. De nationale belastingdiensten worden verplicht om deze informatie automatisch te delen met de andere EU-lidstaten. DAC7 moet in Nederland en de andere EU-lidstaten uiterlijk op 31 december 2022 zijn geïmplementeerd. Vanaf 2024 zullen digitale platforms voor het eerst moeten rapporteren over het jaar 2023.

Wetsvoorstel kwalificatie buitenlandse rechtsvormen

De voorgenomen aanpassingen in het fiscale kwalificatiebeleid van (buitenlandse) rechtsvormen waren aanvankelijk voorzien om deel uit te maken van het Belastingplan 2022. Gelet op de vele inhoudelijke reacties tijdens de internetconsultatie heeft de staatssecretaris echter aangegeven dat aanbieding van dit wetsvoorstel wordt doorgeschoven naar de tweede helft van 2023.

Voorstel Europees richtlijn inzake het bestrijden van lege huls entiteiten

De Europese Commissie heeft het voorstel ATAD3 gepubliceerd op 22 december 2021. Dit voorstel dient ter bestrijding van misbruik door zogeheten lege huls entiteiten. Aangezien ATAD3 met terugwerkende kracht van twee jaar van toepassing kan zijn, kan bij de invoering op 1 januari 2024 (of wellicht per 1 januari 2025) ATAD3 direct gevolgen hebben.  

Op dit moment is de richtlijn nog in behandeling.

Pillar 2

Op de ‘June 2022 Ecofin’ werd geen overeenstemming bereikt door de Europese Raad om Pillar 2 te implementeren (1 van de 27 EU-lidstaten heeft zich in dit stadium niet bereid getoond om Pillar 2 te implementeren). Op basis van een gezamenlijke verklaring hebben Frankrijk, Duitsland, Spanje, Italië en Nederland zich er echter toe verbonden om de wereldwijde minimale effectieve belastingheffing in 2024 in te voeren, ongeacht implementatie in andere EU-lidstaten.

Publieke Country-by-Country Reporting

De EU heeft een richtlijn gepubliceerd inzake het publiceren van Country-by-Country gegevens, ook wel bekend als ‘Public CbCR’. De richtlijn heeft tot gevolg dat bedrijven met een geconsolideerde wereldwijde omzet in het voorgaande jaar van minstens € 750 miljoen een overzicht moeten openbaren waarin onder andere de totale winsten en betaalde belastinglasten worden opgenomen. De richtlijn dient uiterlijk 22 juni 2023 in de nationale wet- en regelgeving geïmplementeerd te worden. De ingangsdatum van de verplichting vangt echter pas aan voor boekjaren die starten op of na 22 juni 2024.

Verhoging algemene tarief overdrachtsbelasting

Het algemene tarief van de overdrachtsbelasting is momenteel 8%. In het Belastingplan 2023 is voorgesteld om het tarief te verhogen naar 10,4%. Dit tarief zal gaan gelden voor woningen die niet als hoofdverblijf worden gebruikt en voor niet-woningen.

Aankondiging aanpassing van het FBI-regime in de vennootschapsbelasting

Per 1 januari 2024 wil het kabinet een maatregel introduceren in de vennootschapsbelasting waardoor fiscale-beleggingsinstellingen (FBI’s) niet meer direct in onroerend goed mogen beleggen. Op dit moment zijn de winsten van FBI’s belast tegen een vennootschapsbelastingtarief van 0%.

Het gevolg van de maatregel is dat de winst van FBI’s die in onroerend goed beleggen worden belast tegen het normale vennootschapsbelastingtarief.

 

 

Meer weten?

Wilt u graag meer weten over het Belastingplan 2023? Neem dan contact op met Erik Stroeve per e-mail of per telefoon: +31 (0)6 51 24 45 30 of met Devi Joshi per e-mail of per telefoon: +31 (0)6 49 10 06 22. Zij helpen u graag verder.